Eind 2019 kondigde Vion aan te gaan investeren in plantaardige productie, door het rundvee slachthuis in Leeuwarden om te bouwen tot productielocatie voor vleesvervangers. Vion zou willen inspelen op de groeiende vraag naar plantaardige producten; zelfs de vleesbewuste dochter van CEO Lotgerink werd erbij gehaald in een spotje van de vleesgigant.

Er valt echter wel een en ander aan te merken aan Vion's plantaardige avontuur.

Vion liet het slachthuis in Leeuwarden in 2017 voor 20 miljoen euro bouwen. Bij het slachthuis werden door de NVWA veel meer koeien afgekeurd dan bij de andere vestiging van Vion (5% - tegenover het landelijke gemiddelde van 1,8% (LNV WOB)), en het werd meerdere keren stilgelegd. Een andere reden was echter dat de aanvoer van melkkoeien was afgenomen door het fosfaatbeleid, en Vion de concurrentie met de rijkere VanDrie Group niet aan kon. Het zwaar verlieslijdende slachthuis werd uiteindelijk gesloten in 2019.

Het slachthuis werd omgevormd tot fabriek in vleesvervangers. De vegan producten, onder het merk ME-AT maar verstopt als huismerk liggen sinds kort in enkele grote supermarkten waaronder de Albert Heijn en de PLUS.

Vion zal er echter geen koe minder om gaan slachten. Het bedrijf heeft immers nog andere locaties hiervoor, zoals in Tilburg. Ook zegt de CEO in een interview: "In Nederland verbreedt Vion zijn activiteiten, maar het blijft voor 95 procent een vleesbedrijf". De vega burgers zijn dus vooral een toevoeging, waarmee het bedrijf groen en duurzaam probeert over te komen.

Sowieso maakte Vion al lang vegaproducten op kleinere schaal in Groenlo. In Duitsland houdt Vion zich al langer bezig met het produceren van vegetarische producten zoals noodlesticks en quinoaburgers.

Vion is dus verre van vegan. Het bedrijf gaat onverminderd door met slachten. Ook is enige ethiek of duurzaamheid ver te zoeken bij dit bedrijf, waarbij de CEO 1,3 milioen euro verdient, 65 keer meer als de gemiddelde werknemer die het vuile werk opknapt.

Waar wij wel blij mee zijn, is het bewijs dat een slachthuis met enkele aanpassingen geschikt kan worden voor plantaardige productie. Ook kon het personeel in Leeuwarden blijven. Concurrent Vivera is alleen maar gegroeid sinds het bedrijf volledig plantaardig ging, en voorziet zelfs een verdubbeling aan arbeidsplaatsen.